Er brandt (g)een lichtje

Gepubliceerd op 16 november 2025 om 08:30

Laatst was het weer zover. Een datum, een dag, een avond, waar ik zelf niet bij wil zijn maar wel bij aan de zijlijn wil staan. Waar ik niet aan wil meedoen, maar wel van wil meegenieten.

Die avond zorg ik dat ik niet thuis ben. Tenminste niet in mijn eigen woning.
Want naast de angst dat ik me steeds rot zou kunnen schrikken van mijn bel  - door het keiharde geluid en doordat ik niet gewend ben dat de bel gaat - , zou ik dan ook telkens weer de deur open moeten doen en ook nog van alles moeten weggeven.
En dat doe ík natuurlijk nooit op de ‘reguliere’ manier, maar met hulpstukken en vervolgens lachend als een boer met kiespijn.

Dus dan maar liever niet.

Verdekt opgesteld hou ik me die avond dus schuil bij mijn moeder. Stiekem gluur ik dan langs de gordijnen of door het spleetje bij de deur en luister ik of ik stemmen herken.

Hopend dat niemand míj ziet en daarom soms zelfs dat het snel voorbij is, want dan vinden ze het misschien gek dat ik wéér bij mijn moeder ben.

Maar ook hopend dat bij mijn moeder wél vaak de bel gaat. Want zíj vindt het wél leuk om met Sint Maarten steeds de deur open te doen en heeft er van alles voor ‘uit de kast’ getrokken. Én geen smetvrees.

Vol spanning wachtten we daarom af. De opkomst was laag. En er hing nog wel een lichtje bij de deur.

Uiteindelijk ging het lichtje weer uit en bleef de nog bijna volle snoeptrommel in het donker achter in de gang.

Ik was behoorlijk teleurgesteld, voor mijn moeder.

Gelukkig maakte het haar niet uit. De lichtjes in haar ogen straalden juist even, omdat we gezellig samen naar haar favoriete programma gingen kijken…


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.