Er was opeens iets ergs gebeurd.
Na mijn hele ochtendroutine, die eindigde toen het al middag was, heb ik bij een ander schade aangericht.
Het was totaal niet mijn bedoeling, het gebeurde uit het niets en kwam voort uit een mix van frustratie, irritatie én dwang en smetvrees.
Ondanks dat we elkaar al jaren kennen en hij onderhand bij ‘het meubilair’ hoort, hebben we een haat – liefdeverhouding.
Als hij er niet is, zouden we hem missen. Maar hij kan ook het bloed onder mijn nagels vandaan halen. Het is fijn dat hij zijn eigen favoriete plekje heeft, maar soms staat hij ook in de weg.
Zijn klep kan hij vaak niet dichthouden maar soms lijkt hij ‘m juist dicht te doen of te houden als ik hem nodig heb. Of hij stroomt over van al mijn ‘gedoe’ en ik ben dan niet het enige slachtoffer dat hij laat vallen.
Toen ik ‘m laatst toen ik bij mijn moeder thuis was, nodig had, en – nadat zijn klep open en dicht was gegaan – het leek alsof hij van ellende zijn kop liet hangen, was ik het even zat.
Met enig geweld probeerde ik hem weer ‘in orde’ te krijgen, maar dit werkte juist averechts.
In plaats daarvan verloor hij ….een stuk van zijn klep.
Na al die jaren, was ík het dus uitgerekend weer die de prullenbak van mijn moeder gesloopt had. Het was niet iets heel ernstigs maar doordat het kwam door die dwang en smetvrees - want zonder dat had ik die klep wel normaal open gedaan – voelde ik me weer wat verloren in de strijd ertegen.
Gelukkig vond mijn moeder het niet erg. Want ondanks dat mijn moeder de dwang en smetvrees alleen kan verzachten, doordat ze lief voor me is, kon ze dit nog repareren.
En is het stukje ooit verloren, dan kunnen we gezellig samen een nieuwe prullenbak uitzoeken. Misschien wel met voetpedaal….
Reactie plaatsen
Reacties